Hier wil ik mijn verhaal kwijt over het proces van mijn zoektocht naar onze bus. Na onze ervaring met de bouw van Bessie en ons avontuur heb ik besloten dat deze ‘Van Life’ zeker iets voor mij is. (Eerlijk gezegd wist ik dit al, maar een kleinere bus ombouwen was logischer, financieel, ruimte, tijd, etc.)
Voordat ik op zoek ging naar een grotere bus heb ik eerst maandenlang onderzoek gedaan. Wat willen we precies in de bus? Wat hebben we écht nodig en wat is een luxe? Waar willen we naar toe? Wat is het doel van de bus? Voor een lijstje kijk naar mijn blogpost ‘Vijf tips voor het zoeken naar een geschikte bus.’.
Onze eisen
Eis 1: Geen standaard camper
Voor mij was het belangrijk dat de bus niet een standaard camper werd. Ik kreeg regelmatig de tip om gewoon een camper te kopen als ik zo graag een camper wilde. Dat is nu precies wat ik NIET wil. Een standaard camper geeft zo’n vakantiegevoel. En daarmee bedoel ik niet een positief gevoel.
Campers zijn vaak gemaakt om 2 of 3 weken vakantie in te vieren. Dus als alles klein en niet optimaal is, dan is dat niet erg. Je hoeft er immers maar een korte periode mee te dealen. Als je wilt gaan slapen, dan moet je de achterbank met gordels helemaal uitklappen, en dan is het vaak een onhandige hendel die moeilijk bereikbaar is. En die stoelen zijn niet erg comfortabel om op te liggen, dus moet er weer een extra matras mee om daar bovenop te leggen. Maar waar laat je dat matras gedurende de dag? Deze ligt altijd in de weg… Ergernissen.
Het interieur van een standaard camper is ook zo bah. De kastjes zijn vaak van hout met een plastic laag met onhandige greepjes (die niet echt robuust zijn), kleine afgeronde kastjes, kleine koelkast, onpraktisch voor lange tijd.
Ik wil geen camper. Ik wil een Tiny House in een bus bouwen. Volledig naar eigen smaak en inzichten. Daarnaast keek ik enorm uit naar het proces van dit project. Ik hou van bouwen. Van met mijn handen én hersenen tegelijk bezig zijn. Van oplossingen bedenken in mijn hoofd, deze uittekenen en uitwerken en dan met mijn eigen handen vervaardigen. Daar geniet ik van. Ik keek ook enorm uit naar mijn eigen leerproces. Dit is een groot project. Ik ben slim, en ontzettend handig. Maar met sommige aspecten heb ik nog niet zo veel ervaring. Ik keek uit om mij deze vaardigheden eigen te maken, ook al keek ik er tegelijkertijd enorm tegenop (kuch kuch elektra aanleg). Hoe tof is het om straks te kunnen zeggen dat ik met mijn eigen handen elk aspect van dit minihuisje heb gebouwd!
Eis 2: Stahoogte
Wij zien deze bus dus duidelijk niet als vakantie mobiel. Wij zien het als een huisje. Dus alle gemakken moeten er in. De grootste eis van mij was de stahoogte. Ik ben 1,71 meter dus ik pas in vrij veel bus types. Lex is 1,85 meter, dus dan is er niet veel keus meer. Ik heb ontzettend veel onderzoek gedaan naar bus modellen en merken. Op internet is er veel te vinden, maar toch wilde ik het in real life zien.
Daarom was ons plan om bij een aantal garages te gaan kijken naar het interieur van verschillende bussen. Daarnaast vind ik het rijgevoel van een bus belangrijk. Rijdt de bus als een tank of meer als een grote auto? Hoe wendbaar is de bus, hoe voelt die op landweggetjes en op de snelweg? Testritjes bij garages kunnen een beter beeld geven zodat je gerichter kan zoeken. Dit hebben wij uiteindelijk niet gedaan maar dit vind ik nog steeds een hele goede tip van mijzelf.
Bij veel merken heb je bussen in verschillende uitvoeringen. Zo heb je bijvoorbeeld een bus met lengte 1 (L1), lengte 2 (L2) en lengte 3 (L3). Ook zijn er uitvoeringen met hoogte 1 (H1), hoogte 2 (H2) en hoogte 3 (H3). Elk merk heeft zijn eigen afmetingen. Veel zijn te vinden op internet. Omdat Lex vrij lang is, konden we eigenlijk alleen maar naar bussen kijken met een hoogte 3.
Eis 3: Stealth ability
Een andere eis was onze stealth ability. Grote campings, waar zo veel mensen zijn en waar een nachtje slapen echt belachelijk duur is (vaak rond de 30 euro!) vinden wij niet echt aantrekkelijk. Als je 2 weken op vakantie bent ben je meer dan 400 euro kwijt aan alleen slapen (Ok ok, en een wc waar je niet hoeft na te denken over het ‘Leave No Trace’ policy en douche waar je naakt kan douchen en soms een zwembad, maar waar dan kinderen druk rondrennen en bommetje oefenen… Huhm…).
Wij overnachten liever op de rustigere plekken in de natuur of soms in een wijk van een grote stad. Dan is het belangrijk om niet op te vallen. Voor ons betekent dit geen bus met overal ramen (dat wordt ook warm met de zon! Oef!). Geen felle aanwezige kleur. Geen oude brandweertruck (ook al zijn die wel héél erg tof!). De bus moest zo neutraal mogelijk zijn. Het moest er uit zien als een gewone werkbus van een monteur of timmerman.
Eis 4: Wendbaarheid
Wat ook belangrijk is voor ons is de wendbaarheid van de bus. In de Verenigde Staten is een giga auto vaak niet onpraktisch. De wegen zijn gebouwd voor grote auto’s. In Nederland zie ik dit anders. Alles is zo klein en compact. Dus een L3 bus is in mijn ogen niet handig. Bovendien, even snel fileparkeren in een stad op een parkeerplaats gemaakt voor auto’s? Nope! Dus dan kom je snel uit op een L1 bus. Een L1 bus is eigenlijk een grote auto. Je kan er goed mee wenden en deze past op een standaard autoparkeerplaats. Dus makkelijker om kwijt te kunnen als je even bij de bakker lekkere broodjes wilt halen voordat je een dagtripje maakt door Parijs of Brugge of Cambridge.
Eis 5: All inclusive
In onze kleine bus Bessie is eigenlijk alleen een bed/bank aanwezig. Er is een klein tafeltje waar je een camping gaspitje op kan zetten om te koken maar er is geen vaste kookgelegenheid. Ook is er geen wc of douche.
Toilet
Tijdens onze avonturen met Bessie is een inklapbare legerschep en een linnen tasje met handzeep, wc papier en plastic zakjes onze ‘wc’. Eerst even rustig plekje zoeken achter een bosje, een gat graven (van minstens 30 cm diep) en er boven hangen. Daarna natuurlijk de drol goed bedekken met aarde. Het werkt prima.
‘S Nachts moet ik altijd plassen en als je dan midden in een woonwijk ligt te ronken, is dat natuurlijk niet handig. Daarvoor heb ik een plastuit. Een plastic wegwerpflesje met een goed afsluitbare dop en ik kan mijn blaas ’s nachts legen in de bus of in pittoreske dorpjes op zondagen als alles gesloten is (dus ook de musea en café’s met wc’s.
Plastic wegwerpflesjes zijn overigens vrij moeilijk te verkrijgen als je niet meedoet aan ‘single use plastic’. (For your information: Je bent echt niet meer hip als je nog steeds hier aan mee doet. Dat is zó 2016. Ik dacht, ik zeg het maar even om jou die schande te besparen…) Dus af en toe jat ik er eentje bij familieleden uit de recyclebak. Lex heeft natuurlijk het probleem van zijn plas inhouden niet. Hij is gezegend met een gigantische blaas. Oh ja, en het is sociaal geaccepteerd dat mannen in de berm staan te plassen en geen bosje nodig hebben om achter te hurken.
Maar toch, soms moet je heel plots gaan (lees diarree). Met Bessie hebben we één nacht noodgedwongen op een dure camping gestaan omdat ik me beroerd voelde. En ik wilde persé een wc beschikbaar hebben. Toch is een camping wc ook niet ideaal als je ziek bent. Het is vaak een eindje lopen naar een wc. Dus als je echt nodig moet, dan ben je alsnog te laat. Of je hangt heel de dag rond het wc huisje… Daarom wil ik graag een wc in onze nieuwe bus. Ik heb een heleboel onderzoek gedaan naar verschillende type wc’s. Daar wil ik in de toekomst ook een post over schrijven.
Douche
Over een douche hebben we lang nagedacht. Het is natuurlijk super prettig om een eigen douche te hebben. Maar de zaken die erbij komen zijn het mij denk ik niet waard. Zo moet je een enorme watervoorraad hebben om te kunnen douchen. Dit is zwaar en het neemt behoorlijk wat ruimte in beslag. En stress tijdens de constante zoektocht naar waterpunten om de tanks bij te vullen.
Daarnaast douche ik niet elke dag. Vind je dat vies? Ok, dat vind ik vervelend voor jou. Elke dag douchen is gewoon slecht. Slecht voor jezelf en voor het milieu. Één keer per week mijn haar wassen is ruim voldoende. Ik ben mijn hoofdhuid aan het trainen om dit naar elke twee weken te verlengen. And let us be honest. My hair is fabulous!
Wel douche ik wat vaker dan één keer per week, maar ‘on the road’ gaat dit waarschijnlijk ook net zo frequent zijn als mijn haar-was-dag. Van een sopje en een washandje word je misschien wel net zo schoon! Dat gevoel heb je tenminste, en dat is het belangrijkst. Een keer per week op een camping staan of een keertje zwemmen bij een lokaal zwembad zodat we gebruik kunnen maken van de douches zorgt voor de grondige schoonmaak. Én, nu dat we geen douchebak willen inbouwen hebben we meer ruimte voor o.a. de kattenbak van Willem!
Conclusie
Aan de hand van al deze eisen heb ik mijn zoektocht gerichter gemaakt toen ik daadwerkelijk ging zoeken naar onze perfecte bus. Uiteindelijk hebben wij een grijze Ford Transit Tourneo L2H3 gekocht. Dit is de hoogste bus die ik kon vinden met 2 meter hoge staruimte. Lex past er dus makkelijk in. De bus is vrij hoog maar wel heel kort. Hierdoor past deze makkelijk in een gewone parkeerplek. Doordat die wat korter is dan bijvoorbeeld een Mercedes Sprinter is er minder ruimte voor het interieur. Maar doordat deze hoog is, kan ik de opbergmogelijkheden wel in de hoogte verwerken.
